Wat betekenen die codes bij het roeien?

De codes van het roeien beginnen meestal met een M of een W, waaraan je kunt zien of het een mannenboot is (men) of een vrouwenboot (women). Op de Paralympische Spelen wordt ook gevaren in een gemengde boot, wat wordt aangeduid met de term Mix. 
 
Dan volgt er een nummer, dat aangeeft hoeveel personen er in de boot zitten. Er zijn wedstrijden voor boten met één, twee, vier of acht personen. 
 
Bij het roeien zijn er twee verschillende disciplines: scullen en boordroeien. Bij het boordroeien houden de roeiers één riem (roeispaan) met beide handen vast, terwijl bij het scullen elke roeier twee riemen heeft. Het scullen wordt aangeduid met een X. De andere nummers zijn boordnummers. De eenpersoonsboot waarin wordt gesculd noemen we een skiff. In de twee- en de vierpersoonsboot geven we het scullen aan met de term dubbel, dus dubbeltwee en dubbelvier. 

Bij een aantal roeionderdelen wordt gebruikgemaakt van een stuurman of –vrouw. Met name in het boordroeien is dit het geval. De aanwezigheid van een stuurman of -vrouw wordt aangeduid met een + of het woordje ‘met’. De afwezigheid met een – of het woordje ‘zonder'. Op de Olympische Spelen heeft tegenwoordig alleen de acht nog een stuurman. 
 
Om ook wat kleinere mensen de kans te geven op hoog niveau te roeien, is in 1974 het lichte roeien ingevoerd. Dit wordt aangeduid met een L. Bij de mannen mag in een ploeg geen van de roeiers zwaarder zijn dan 72,5 kg, terwijl het ploeggemiddelde 70 kg of lager moet zijn. Bij vrouwen zijn deze gewichten respectievelijk 59 kg en 57 kg. Op de Olympische Spelen roeien zowel de mannen als de vrouwen alleen in de lichte dubbeltwee.  
 
De letters PR geven aan dat het een paralympisch nummer is (Para Rowing). Afhankelijk van de ernst van de beperking staat er een 1, een 2 of een 3 in de code. 

Meer weten? Bekijk dan deze uitlegvideo met coach Josy Verdonkschot en toproeister Laila Youssifou: